Push
Een van de meest gebruikte passtechnieken in hockey is de push. De push is zo geliefd doordat het een hele snelle beweging is. Je kunt het voor zowel de lange als de korte afstanden gebruiken en zelfs ballen door de lucht mee spelen. We leggen hieronder alles uit over de pushtechniek.
Wat is de push pass
Wanneer je pusht duw je de bal als het ware weg. Je houdt hierbij je linkerhand bovenaan het hockeystick en je rechterhand onderaan je grip. Zet vervolgens je hockeystick met de platte kant van de krul tegen de bal aan. Om te pushen moet je de bal wegduwen en met je stick na wijzen in de richting van waar de bal heen moet.
De uitleg hierboven is de basis van de push, maar je kunt er nog zo veel meer mee doen. De push leer je als één van de eerste technieken in hockey en komt ook in bijna alle technieken terug.
Wat kun je allemaal met de push pass
Leren pushen is de basis van hockey. Het is daarom belangrijk dat je het goed onder de knie hebt, maar wat zou je er daarna allemaal mee kunnen?
Pushen is een geweldige manier van passen tijdens de wedstrijd. De reden hiervoor is dat je al rennend de bal hart en snel kan passen, terwijl dat voor veel andere technieken wat ingewikkelder is.
Pushen is belangrijk voor de algehele balcontrole van de speler in de verdere hockey toekomst.
Push technieken
Pushen is de basis van verschillende technieken. Je kunt bijvoorbeeld niet leren scoopen als je niet eerst kan pushen. De scoop is de pass waar de bal over de spelers wordt gespeeld en dit is ook een soort push.
De sleeppush is in tegenstelling tot de push een afrondtechniek, die alleen gebruikt wordt tijdens strafcorners. De eerste bal op doel bij een strafcorner mag alleen hoog gepusht worden, daarom gebruiken veel spelers hiervoor de sleeppush. Je mag de eerste bal bij een strafcorner niet hoog slaan of flatsen.
De sleeppush is een ingewikkelde techniek zelfs voor gevorderde hockeyers. Je moet de bal namelijk als het ware meenemen in je stick, om zo gericht en met een zo hoog mogelijke snelheid op goal te schieten.